GroepsfotoIn navolging van de verbintenissen op de voorbije klimaattop in Parijs organiseert  de Vlaamse overheid vandaag haar eigen klimaattop.  Afgevaardigden van bedrijven, middenveld en lokale overheden zijn benieuwd hoe de Vlaamse overheid gaat investeren in een concrete transitie gevoed door visie en een transversale brede klimaataanpak.

 

 

Vlaams-Brabant klimaatneutraal

In Vlaams-Brabant organiseerden we een klimaattop in november 2015, net vóór die in Parijs. Na een lang voorbereidend en participatief traject kwamen meer dan 400 deelnemers uit diverse sectoren samen om zich over de klimaatuitdagingen te buigen binnen een bovenlokale context. We betrokken burgers, ondernemers, scholen én leerlingen. De Vlaams-Brabantse klimaattop leverde 170 concrete klimaatideeën op en meer dan 200 beleidsaanbevelingen. Ze worden nu verwerkt in een provinciaal klimaatactieplan.

239 of 78% van de Vlaamse steden en gemeenten hebben het Europese Burgemeestersconvenant ondertekend. Talrijke burgemeesters hebben een lokaal klimaatactieplan ontwikkeld en worden daarbij door de provincies ondersteund. In het kader van het Burgemeestersconvenant zijn de Vlaamse provincies immers ‘territoriale coördinatoren’. In Vlaams-Brabant hebben 59 van de 65 gemeenten het convenant ondertekend, maar belangrijker: 43 gemeenteraden hebben hun lokaal klimaatactieplan ondertussen al goedgekeurd. De stad Vilvoorde heeft zelfs zopas, als eerste stad van Vlaams-Brabant, groen licht gekregen van de Europese Commissie. De uitvoering kan dus starten en ook daar ondersteunt de provincie Vlaams-Brabant maximaal.

Lokale dynamieken als inspiratie voor Vlaanderen

Lokale klimaatplannen zijn geschreven. Burgerinitiatieven groeien elke dag. Dankzij deze lokale dynamiek, ligt er al een hoop ‘klimaatwerk’ klaar om gerealiseerd te worden. Jaarlijks voorziet de provincie Vlaams-Brabant 500.000 euro voor innovatieve lokale klimaatprojecten. Daartegenover staat de 300.000 euro die Vlaanderen voorziet. Vlaams-Brabant spendeert dus 45 euro per 100 inwoners aan klimaatprojecten. In Vlaanderen is dat slechts 4,7 euro per 100 inwoners. Dat moet anders. Het is aan Vlaanderen om nu echt over de brug te komen.

De steden en gemeenten, daarbij ondersteund door de territoriale coördinatoren, kunnen het niet alleen. De klimaatproblematiek aanpakken is een gedeelde verantwoordelijkheid. Elk overheidsniveau moet haar steentje bijdragen. Overheden moeten samenwerken. Er ligt al zoveel ‘klimaatwerk’ klaar dat het onverantwoord zou zijn om het nog uit te stellen. Als Vlaanderen verder bouwt op waar lokale besturen, gestimuleerd en ondersteund door provincies, de basis voor hebben gelegd, dan kunnen we in een mum van tijd een voorbeeld worden voor andere landen in Europa.

100% hernieuwbaar in Denemarken

Want natuurlijk kan Vlaanderen een verschil maken. Denemarken deed het immers ook. Zwaar getroffen door de oliecrisis van het begin van de jaren zeventig besloot het land begin jaren tachtig om in te zetten op energieonafhankelijkheid. Er werd helemaal niet geïnvesteerd in kernenergie, maar wel in duurzame alternatieven voor energieopwekking. En het licht ging niet uit. Wel integendeel. De economie groeide met liefst 70%. Energietransitie en economische groei gingen aantoonbaar hand in hand.

Denemarken wil tegen 2050 volledig onafhankelijk zijn van fossiele brandstoffen. Dat betekent nog steeds een serieuze omslag. In 2014 is Denemarken immers nog altijd voor 73% afhankelijk van fossiele brandstoffen. Maar de wil om de verandering door te zetten, kan rekenen op een groot maatschappelijk en politiek draagvlak. In 2012 werd het ‘Danish Energy Agreement’ door 95% van de parlementsleden, meerderheid en oppositie verenigd, goedgekeurd. Het energieakkoord hield ook stand na de verkiezingen van 2015 en blijft de gedeelde ambitie van bijna iedereen.

Klimaataanpak over de grenzen heen

Wat Denemarken kan, moet in Vlaanderen ook kunnen. Onze steden en gemeentes nemen momenteel al een grote verantwoordelijkheid op. De provincies van Vlaanderen nemen hun rol als territoriale coördinator ernstig. Het is nu aan Vlaanderen om de verbinding te maken tussen het lokale, het provinciale en het Vlaamse niveau. Er moeten financiële middelen worden vrijgemaakt om de ambities van de burgemeesters en de Vlaamse steden en gemeentes te realiseren. Via de clustering van lokaal gevalideerde investeringsprojecten kan Vlaanderen bijvoorbeeld heel wat financiering vastkrijgen bij de Europese investeringsbank. Waarop wacht deze Vlaamse regering eigenlijk nog?

Via het klimaatverhaal kan de ambitie van de Vlaamse regering om in te zetten op een efficiëntere en effectievere overheid ook echt werkelijkheid worden. Een straffe interbestuurlijke organisatie én akkoord is de enige garantie voor een doeltreffend en doelmatig klimaatbeleid. Laten we in het kader van de klimaataanpak dan ook ruimdenkend zijn. We moeten streven naar een klimaatpact tussen overheidsniveaus en over meerderheid en oppositie heen. De klimaatvraagstukken dringen zich aan ons op. Om ze aan te pakken, moeten we NU de handen in elkaar slaan: lokale besturen, provincies en Vlaanderen samen.